Psalm 108
Liedtekst
Mijn hart, o Hemelmajesteit,
is tot Uw dienst en lof bereid.
‘k Zal zingen voor den Opperheer;
‘k zal psalmen zingen tot zijn eer.
Gij, zachte harp, gij schelle luit,
Waakt op; dat niets uw klanken stuit’;
‘k Zal in den dageraad ontwaken,
en met gezang mijn God genaken.
Ik zal, o Heer, Uw wonderdaan,
Uw roem den volken doen verstaan;
Want Uwe goedertierenheid
Is tot de heem’len uitgebreid;
Uw waarheid heeft noch paal noch perk,
Maar streeft tot aan het hoogste zwerk.
Verhef U boven ’s hemels kringen,
En leer al d’aard’ Uw grootheid zingen.
is tot Uw dienst en lof bereid.
‘k Zal zingen voor den Opperheer;
‘k zal psalmen zingen tot zijn eer.
Gij, zachte harp, gij schelle luit,
Waakt op; dat niets uw klanken stuit’;
‘k Zal in den dageraad ontwaken,
en met gezang mijn God genaken.
Ik zal, o Heer, Uw wonderdaan,
Uw roem den volken doen verstaan;
Want Uwe goedertierenheid
Is tot de heem’len uitgebreid;
Uw waarheid heeft noch paal noch perk,
Maar streeft tot aan het hoogste zwerk.
Verhef U boven ’s hemels kringen,
En leer al d’aard’ Uw grootheid zingen.
Informatie over dit lied
- Bundel
- Oude berijming 1773
- Kerk van uitvoering
- Grote Kerk
- Plaats van uitvoering
- Den Haag
- Uitvoerenden
- Samenzang
- Eerste componist
- Traditional
- Arrangement
- Jaap Kramer
- Taal
- Nederlands
- Schrijver
- Traditional