U zij de glorie
Liedtekst
U zij de glorie, opgestane Heer!
U zij de victorie, nu en immermeer.
Uit een blinkend stromen,
daald’ een engel af,
heeft de steen genomen
van ’t verwonnen graf.
U zij de glorie, opgestane Heer!
U zij de victorie, nu en immermeer.
Zou ik nog vrezen, nu Hij eeuwig leeft,
die mij heeft genezen, die mij vrede geeft?
In zijn godd’lijk wezen
is mijn glorie groot,
niets heb ik te vrezen in leven en dood.
U zij de glorie, opgestane Heer,
U zij de victorie, nu en immermeer.
U zij de victorie, nu en immermeer.
Uit een blinkend stromen,
daald’ een engel af,
heeft de steen genomen
van ’t verwonnen graf.
U zij de glorie, opgestane Heer!
U zij de victorie, nu en immermeer.
Zou ik nog vrezen, nu Hij eeuwig leeft,
die mij heeft genezen, die mij vrede geeft?
In zijn godd’lijk wezen
is mijn glorie groot,
niets heb ik te vrezen in leven en dood.
U zij de glorie, opgestane Heer,
U zij de victorie, nu en immermeer.
Informatie over dit lied
- Bundel
- Glorieklokken
- Kerk van uitvoering
- Eusebiuskerk
- Plaats van uitvoering
- Arnhem
- Dirigent
- Martin Zonnenberg
- Uitvoerenden
- Samenzang
- Eerste componist
- Georg Friedrich Händel
- Arrangement
- Rieks van der Velde
- Taal
- Nederlands