Genadig Heer, die al mijn zwakheid weet
Genadig Heer, die al mijn zwakheid weet, wil mij vergeven wat ik U misdeed; verwerp mij niet, die op uw vrijspraak wacht, maar troost mij met uw woord: het is volbracht. Gij hebt mij, Heer, geroepen aan uw dis, het heilig feest van uw gedachtenis; schenk mij uw Geest, opdat ik U ontmoet, in 't teken van uw lichaam en uw bloed. Gij, die voor armen rijkdom hebt bereid, voor onrechtvaardigen gerechtigheid, zie, hoe naar U zich mijn verlangen wendt en leid mij zelf, Heer, tot uw sacrament U wil ik danken, grote Levensvorst; Gij hebt gestild mijn honger en mijn dorst. Uw kracht, uw leven daalde in mij neer; in uw gemeenschap wil ik blijven, Heer.