Navigatie overslaan

Uit de Bijbel

Lucas 1:28-31 - Gabriël ging haar huis binnen en zei: 'Gegroet Maria, je bent begenadigd, de Heer is met je.' Ze schrok hevig bij het horen van zijn woorden en vroeg zich af wat die begroeting te betekenen had. Maar de engel zei tegen haar: 'Wees niet bang, Maria, God heeft je zijn gunst geschonken. Luister, je zult zwanger worden en een zoon baren, en je moet hem Jezus noemen.' NBV

'Wees niet bang, Maria, God heeft je zijn gunst geschonken'ma 21 december · 1 van 2